Inkomen wordt gerapporteerd in verschillende categorieën: A) Salarissen, B) Eenmanszaken, E) Vermogen, F) Eigendom, G) Vermogenswinsten en H) Pensioenen en zijn in Portugal belastbaar ongeacht hun oorsprong. Voor niet-ingezetenen worden alleen inkomsten die daadwerkelijk in Portugal zijn ontstaan, aan belasting onderworpen.

De huidige vermogenswinstbelastingregeling voorziet in een forfaitaire aanslag op de vervreemding van aandelen, obligaties, derivaten, warrants en andere soortgelijke effecten. In het algemeen geldt voor deze winsten een forfaitaire belasting van 28%. Een belangrijke vrijstelling is de heffing van winst uit de verkoop van aandelen van kleine en micro-ondernemingen die niet aan de beurs zijn genoteerd. Hoewel de 28% formeel van toepassing is, genieten deze vennootschappen een uitsluiting van 50%. Dit tarief geldt voor de meeste kleine ondernemingen ("Limitadas") en voor Portugese nominee-vennootschappen ("Sociedade Civil").

Algemene strategie

Het forfaitaire belastingtarief van 28% voor vermogenswinst vervolledigt de toepassing van de nieuwe algemene belastingregel voor alle inkomsten uit kapitaal. Rente, dividenden en huuropbrengsten betalen ook reeds de identieke forfaitaire basisaanslag van 28% die op vermogenswinst wordt toegepast. Ook kunnen vrijstellingen worden verleend om aan bijzondere situaties tegemoet te komen.

Forfaitaire belastingen worden autonoom geheven, zodat het "top-slicing"-effect dat bij de meeste aanvullende inkomsten gebruikelijk is, wordt vermeden. Zij maken het evenwel niet mogelijk aftrekbare uitgaven of kredieten voor belastingheffing aan de bron in mindering te brengen op de belasting, waardoor het voordeel ervan wordt beperkt. Als alternatief kunnen belastingplichtigen ervoor kiezen vermogenswinst samen te voegen met andere bronnen van inkomsten en tegen marginale tarieven te worden belast. De ene methode kan worden gebruikt voor de ene vorm van inkomen, terwijl de andere wordt toegepast op andere bronnen.

Meerwaarde op onroerend goed

Hoewel het Finanças is, en niet u, die de eigenlijke berekening uitvoert, is het altijd de moeite waard te anticiperen op wat de uiteindelijke aanslag zal zijn. Voor een vorig jaar verkocht onroerend goed dat oorspronkelijk in 1994 is gekocht, is de berekening van de meerwaarde als volgt:

  • Stap 1: Op basis van het jaar van aankoop vermenigvuldigt u de oorspronkelijke aankoopprijs met de inflatiecorrectiecoëfficiënt in de tabel.
  • Stap 2: Trek van de uiteindelijke verkoopprijs de aangepaste aankoopprijs af, wat de brutowinst oplevert.
  • Stap 3: Trek de in aanmerking komende aan- of verkoopkosten (commissies, notariskosten, overdrachtsbelasting, enz.) af.
  • Stap 4: Trek gedocumenteerde kapitaalverbeteringen aan het onroerend goed die in de afgelopen 12 jaar in rekening zijn gebracht, af.
  • Stap 5: Het verschil tussen de gecorrigeerde winst en de aftrekbare kosten is uw netto belastbare winst.
  • Stap 6: De helft van de nettowinst wordt belast, tenzij u de winst in een andere hoofdwoning inbrengt. Hoe dan ook, meld de verkoop op uw jaarlijkse IRS-aangifte.

Ingezetenen vs. Niet-ingezetenen

Als u niet-ingezetene bent voor belastingdoeleinden in Portugal, is de berekening van de vermogenswinstbelasting heel eenvoudig: 25% van de volledige nettowinst.

Als u ingezetene in Portugal bent, zijn er twee mogelijkheden:

  1. U kunt de helft van de vermogenswinst uitsluiten. De andere 50% van de gecorrigeerde nettowinst wordt opgeteld bij het totale inkomen voor het belastingjaar en belast tegen marginale tarieven. Onroerend goed dat vóór 1989 is gekocht, is vrijgesteld van vermogenswinstbelasting.
  2. De winst kan worden doorgeschoven als een andere hoofdwoning van gelijke of grotere waarde wordt gekocht tussen 24 maanden voorafgaand aan de verkoop en 3 jaar na de verkoop. Voor nieuw aangekochte eigendommen met een lagere waarde, wordt de winst naar rato berekend. Als de herinvestering minder bedraagt dan het bedrag van de verkoop, bent u mogelijk extra belasting verschuldigd en moet u Finanças rente betalen over het niet-geherinvesteerde saldo. Indien geen herbelegging plaatsvindt, zal een aanslag worden opgelegd over het volledige niet-herbelegde saldo plus rente. Sinds 2007 is het mogelijk overal binnen de EU te herinvesteren. Let wel, er is een bewijs van ingezetenschap nodig van de Belastingdienst in het nieuwe land van vestiging.

Dennis Swing Greene is internationaal belastingconsulent en voorzitter van euroFINESCO s.a. www.eurofinesco.com