Wereldwijd was juli 2021, samen met dezelfde maand van 2020, de op twee na warmste juli ooit, iets koeler (minder dan 0,1 graden Celsius) dan juli 2019 en 2016.

Vorige maand was het in het grootste deel van Noord- en Oost-Europa "aanzienlijk warmer" dan gemiddeld. In het Oostzeegebied lag de totale temperatuur ruim boven het gemiddelde van 1991-2020.

Helsinki (de hoofdstad van Finland) had de op één na warmste juli na 2010. Noord-Ierland vestigde het historische record voor de hoogste dagtemperatuur en ook in het oosten van IJsland en delen van Groenland lagen de temperaturen ver boven het gemiddelde.

Daarentegen was de maand iets koeler dan het gemiddelde voor de periode 1991-2020 in het gebied dat loopt van Portugal tot Duitsland en in delen van het noordwesten van Rusland.

Tegelijkertijd werd in dezelfde maand in westelijke delen van Midden-Europa veel meer neerslag dan gemiddeld geregistreerd, zo blijkt uit het maandelijkse klimaatbulletin dat op 5 augustus is gepubliceerd door de Copernicus Climate Change Monitoring Service (C3S), van de Europese Unie.

De oostelijke zone daarentegen kende "overwegend droge omstandigheden", aldus het document.

In het noordpoolgebied was de omvang van het zee-ijs in juli de op één na kleinste. Maar de omvang van het Antarctische zee-ijs lag boven het algemene gemiddelde.