De parken zullen zich bevinden in Alhandra, Souselas en Loulé, aldus het cementbedrijf.

In antwoord op de vraag van Lusa maakte Cimpor de waarde van de investering in fotovoltaïsche parken niet bekend, maar voegde eraan toe dat het project deel uitmaakt van een investeringspakket dat in het komende decennium meer dan 130 miljoen euro zou kunnen bedragen.

Het project in kwestie voorziet in de installatie van één megawatt (MW) stroom voor zelfconsumptie in elke fabriek.

Verwacht wordt dat de installatie tegen het einde van het jaar voltooid zal zijn, en tegen 2025 zal worden uitgebreid tot 10 MW.

In totaal zullen 6.500 fotovoltaïsche panelen worden geïnstalleerd op ongeveer 3,5 hectare op het terrein van elke fabriek, met een geschatte jaarlijkse elektriciteitsproductiecapaciteit van 4,5 gigawatt per uur, waardoor de uitstoot van 1.100 ton kooldioxide (CO2) per jaar wordt vermeden.

Cimpor bereidt ook de installatie voor, in de eenheden van Alhandra en Souselas, van twee eenheden voor de terugwinning van afvalwarmte voor de opwekking van elektrische energie, met een vermogen van bijna acht megawatt.

Volgens de onderneming is het de bedoeling om, samen met de fotovoltaïsche parken, 30% van de energiebehoefte autonoom op te wekken en ook de indirecte CO2-uitstoot met 30% te verminderen.

In de afgelopen drie jaar heeft Cimpor 7,2 miljoen euro uitgetrokken voor milieu-investeringen om zijn activiteiten duurzamer te maken.

"Het fotovoltaïsche project voor de productie van elektriciteit in de drie productie-eenheden, naast andere in uitvoering, is van strategisch belang om de milieudoelstellingen te bereiken die we onszelf hebben opgelegd, naast het verminderen van het elektriciteitsverbruik en het optimaliseren van de productieprocessen", aldus de uitvoerend voorzitter van Cimpor, Luís Fernandes.

In het document merkt Cimpor ook op dat het gebruik van alternatieve grondstoffen de laatste jaren is toegenomen, en dat het vorig jaar ongeveer 150.000 ton gebruikte, wat overeenkomt met iets minder dan 3% van de totale verbruikte grondstoffen.

Het bedrijf wil ook een thermische vervangingsgraad van 70% bereiken tegen 2030.