De stijging van de energieprijzen in de afgelopen twee jaar is de grootste sinds de oliecrisis van 1973, terwijl de stijging van de voedselprijzen de grootste is sinds 2008, aldus de Wereldbank in haar rapport over de vooruitzichten voor de grondstoffenmarkten.

Rusland is een belangrijke exporteur van olie, aardgas en steenkool, terwijl Oekraïne een belangrijke bron van tarwe en maïs is. De situatie is verslechterd door de stijging van de kosten van meststoffen en de prijspieken van de belangrijkste metalen.

Stagflatie

Na vorig jaar bijna te zijn verdubbeld, zullen de energieprijzen dit jaar naar verwachting met meer dan 50% stijgen alvorens in 2023 en 2024 te dalen, aldus de Wereldbank. De voedselprijzen zullen dit jaar met 22,9% stijgen, met als hoogtepunt een stijging van de tarweprijzen met 40%, aldus het rapport.

"Deze ontwikkelingen beginnen het spookbeeld van stagflatie op te roepen," waarschuwde de Wereldbank. "Beleidsmakers moeten elke kans aangrijpen om de nationale economische groei te verhogen en acties te vermijden die de wereldeconomie schaden."

Verwacht wordt dat de prijzen tot eind 2024 op "historisch hoge niveaus" zullen blijven, aldus de Wereldbank.

De vrees is dat hoge prijzen voor essentiële goederen huishoudens met een laag inkomen harder zullen treffen.