Het land staat in het midden van de tabel tussen verschillende lidstaten, met huurprijzen die in dezelfde periode met 25% zijn gestegen. Estland gaat aan kop met de grootste stijgingen, terwijl Cyprus, Italië en Griekenland prijsdalingen zagen.

Tussen 2010 en het eerste kwartaal van 2022 zijn de huizenprijzen in de Europese Unie (EU) met 45% gestegen en de huurprijzen met 17%. Deze indicatoren kenden een vergelijkbare ontwikkeling in het eerste jaar van de periode, maar de trajecten verschillen aanzienlijk van die in het tweede kwartaal van 2011. Hoewel de huren gestaag zijn gestegen in deze 12 jaar, fluctueerden de huizenprijzen aanzienlijk.

Na een scherpe daling tussen het tweede kwartaal van 2011 en het eerste kwartaal van 2013, bleven de huizenprijzen min of meer stabiel tussen 2013 en 2014, aldus Eurostat. Vervolgens was er een snelle stijging in het begin van 2015 toen de huizenprijzen veel sneller stegen dan de huurprijzen.

Bij een vergelijking van het eerste kwartaal van 2022 met 2010 zijn de huizenprijzen in 19 EU-lidstaten meer gestegen dan de huurprijzen. Bij nader inzien, zijn de prijzen meer dan verdubbeld in Estland, Hongarije, Luxemburg, Tsjechië, Letland, Litouwen en Oostenrijk.


Wanneer we naar de verschillende lidstaten kijken, blijkt Estland bovenaan de met een stijging van de huizenprijzen en de huurprijzen met bijna 180%. Achter Hongarije en Luxemburg. Anderzijds zijn de prijzen en huren in Griekenland met met ongeveer 25% gedaald. Ook opmerkelijk is Italië, waar de huren met ongeveer 5% stegen maar de huizenprijzen met ongeveer 10% daalden.

Portugal staat in het midden van de tabel, maar boven het Europees gemiddelde, zoals blijkt uit de grafiek van Eurostat. Op nationaal grondgebied zijn huizenprijzen de afgelopen 12 jaar met 70% gestegen en de huren met 25%.