Voor het 19e achtereenvolgende jaar is de vrijheid in verschillende delen van de wereld verslechterd. De internationale organisatie Freedom House, die opkomt voor de mensenrechten, publiceert jaarlijks een ranglijst van wereldwijde vrijheden, waarin 195 landen en 13 gebieden worden geanalyseerd.
Finland, Nieuw-Zeeland, Noorwegen en Zweden blijven bovenaan de lijst staan, dankzij hun sterke meerpartijendemocratie en onafhankelijke rechtssystemen. De verslechtering van de democratische instellingen in de Verenigde Staten heeft ervoor gezorgd dat het land terrein heeft verloren.

Daarentegen blijft Portugal een van de 15 meest vrije landen ter wereld, waardoor het zijn rol als referentiepunt op het gebied van burgerrechten en politieke rechten versterkt. Regio's zoals de Gazastrook, Zuid-Soedan en de Oekraïense gebieden onder Russische bezetting hebben volgens de analyse extreem lage vrijheidsniveaus.
In 2024, een jaar dat gekenmerkt wordt door talrijke verkiezingen, zagen 60 landen hun vrijheidsniveaus dalen. Ongeveer 40% van de landen en gebieden die verkiezingen hielden, kregen te maken met gerichte aanvallen op kandidaten, waardoor de democratische instabiliteit verergerde.
Toch zijn er ook positieve tekenen in landen als Bangladesh, Bhutan en Syrië, waar politieke hervormingen de vrijheidsindicatoren hebben verbeterd. Aan de andere kant zagen El Salvador, Haïti en Koeweit scherpe dalingen.
Van de tien meest vrije landen hebben er slechts twee een bevolking van meer dan 10 miljoen: Nederland (18 miljoen) en Canada (39 miljoen). In de Verenigde Staten en andere landen is het vertrouwen in instellingen drastisch gedaald, wat gepaard gaat met toenemende politieke polarisatie en toenemende ongelijkheid - factoren die het vertrouwen van het publiek in democratieën verder verzwakken.